Consumentenkoop: omgekeerde bewijslast bij gebrekkig product

Indien u een ondeugdelijk product hebt gekocht in een winkel of webshop kunt u de zaak retourneren of laten repareren. Dit kan in veel gevallen ook ruim buiten de garantietermijn. De levensverwachting van een product is daarbij belangrijk

Soms bent u niet tevreden over een nieuw gekocht product, eenvoudig omdat het kort na aankoop al gebreken vertoont. Bijvoorbeeld, een koelkast die niet meer koelt en die u pas 6 maanden hebt gebruikt. Maar als je iets koopt, dan heb je recht op een goed product.

In veel gevallen is sprake van een ondeugdelijk product en kunt u de zaak retourneren of laten repareren. Is het nodig dat uw bewijst dat u de koelkast niet zelf kapot hebt gemaakt?

Omgekeerde bewijslast

De wetgever bepaalt dat indien een product binnen zes maanden na aankoop defect blijkt te zijn, het vermoeden is dat het product al bij aankoop gebrekkig was. Dit geldt alleen voor zaken die u als consument-koper hebt gekocht bij een professionele verkoper. U hoeft dan alleen aan te tonen dat de koelkast het niet doet. Alleen indien de verkoper bewijst dat de koper door opzet de zaak zelf kapot heeft gemaakt is de verkoper verplicht is de koper verplicht deze terug te nemen of te repareren op zijn kosten. Er is dus sprake van een omgekeerde bewijslast.

Garantie binnen de garantietermijn

Gedurende de garantieperiode heeft de koper recht op gratis reparatie of vervanging. Gaat het product binnen 6 maanden na aankoop kapot, dan geldt dus het wettelijk vermoeden dat het product al gebrekkig was toen u het kocht. U hebt dan recht op gratis herstel of vervanging. Dit is alleen anders indien de verkoper bewijst dat u het product verkeerd hebt gebruikt.

Veel producten worden verkocht met een fabrieksgarantie of bijgekochte winkelgarantie. Deze garantie verlengt dan de wettelijke garantietermijn van 6 maanden. Wettelijk gezien heb u echter al recht op gratis herstel of vervanging als het product eerder stuk gaat dan u in redelijkheid mocht verwachten van een dergelijk product.

Een voordeel van deze extra garantie is dat je meestal niet hoeft te bewijzen dat je het product op de juiste manier hebt gebruikt. Wel kan de verkoper onderzoeken of je het product niet zelf hebt stukgemaakt. Als hij dat kan bewijzen, dan vervalt je garantierecht (zelfs je wettelijk recht op garantie).

Soms heeft de fabrikant een goede aanvullende garantie en kun je daar een beroep op doen. Weet wel dat de verkoper altijd verantwoordelijk blijft voor een juiste oplossing. Met de verkoper heb je namelijk een koopovereenkomst, niet met de fabrikant. De fabrikant mag dus ook minder bieden dan de wet en voorwaarden verbinden aan deze extra garantie, zoals het rekenen van onderzoekskosten.

Garantie buiten de garantietermijn

Ook na de garantieperiode van de winkel of fabrikant is er nog een mogelijkheid op gratis herstel of vervanging. U hebt immers volgens de wet in beginsel recht op een deugdelijk product. U moet dan wel aantonen dat het product buiten uw schuld kapot is gegaan.

De levensverwachting van een product

Van een product mag u immers verwachten dat u een product een bepaalde tijd zonder problemen kunt gebruiken. Een koelkast gaat doorgaan 5 jaar of langer zonder problemen mee. Dit noemt men de levensverwachting. De levensverwachting van een product is natuurlijk afhankelijk van de prijs, het soort product en het merk. Zo mag u verwachten dat een koelkast langer meegaat dan een gloeilamp.

Gaat een product bij normaal gebruik eerder stuk dan redelijkheid is te verwachten of functioneert het gebrekkig, dan moet de verkoper het product gratis herstellen of vervangen. U moet wel aantonen dat het product gebrekkig is en dat de levensverwachting langer is.

Alleen indien het de verkoper niet in staat is om binnen een redelijke tijd het product te herstellen of te vervangen, dan kunt u de koop ontbinden en het aankoopbedrag terugvragen. U kunt dan echter ook om een prijsvermindering vragen, indien u het product wil houden, en de verkoper is verplicht een deel van het aankoopbedrag terug te betalen.

Welke verplichtingen heeft de verkoper bij herstel of vervanging?

De vervanging of reparatie moet binnen een redelijke termijn gebeuren en zonder veel overlast. Duurt de reparatie langer dan 3 weken dan kun je vragen om een tijdelijk vervangende zaak. Is de verkoper niet in staat te repareren of te vervangen binnen een redelijke termijn, dan kunt u de koop ontbinden en geld terugvragen.

Een garantieperiode loopt vanaf de dag van aankoop zonder onderbreking. De garantietermijn gaat niet opnieuw lopen na een reparatie tijdens de garantieperiode.

Ook een tweede hands koper kan een beroep doen op de garantie. Indien u de koelkast verkoopt aan uw buurman, verhuist de wettelijke garantie en de extra garantie van de verkoper (voor de overgebleven duur) in mee naar de nieuwe eigenaar. Voor sommige zaken met een fabrieksgarantie kunnen de garantievoorwaarden dit beperken.

De consumentenkoop

De regels voor consumentenkoop beschermen de consument, tegen de professionele partij. De meeste bepalingen zijn dwingend recht: er mag niet van worden afgeweken door de verkoper, en de koper kan er altijd een beroep op doen.

Als je als consument een zaak koopt in een winkel als in een webshop, dan noemen we dat een consumentenkoop. De consumentenkoop is geregeld in artikel 7:5 lid 1 BW.

De regels voor consumentenkoop beschermen ‘de zwakkere partij’, de consument, tegen de sterkere professionele partij. Veel van deze regels zijn tot stand gekomen onder invloed van de Europese Unie. De koopovereenkomst in het algemeen is geregeld de artikelen 7:1 t/m 7:50 BW. De bepalingen voor consumentenkoop kan men herkennen aan de toevoeging ‘bij een consumentenkoop’. De meeste bepalingen zijn dwingend recht: er mag niet van worden afgeweken door de verkoper, en de koper kan er altijd een beroep op doen.

Voor wie geldt het consumentenkooprecht?
Het consumentenkooprecht bevat rechten en plichten van koper en verkoper bij een consumentenkoop. Aan de ene kan dus de consument, niet de zakelijke koper, een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
En aan de andere kant de professionele verkoper, de winkel of webshop. Er is pas sprake van consumentenkoop als voldaan is aan de vereisten dat de koper een consument is en de verkoper een professionele partij. Een overeenkomst tussen 2 particulieren via marktplaats valt hier dus niet onder. Koopt u als ondernemer een computer voor uw zaak, dan is dat ook geen consumentenkoop.
Het gaat om alle soorten roerende zaken, maar ook elektriciteit. Een roerende zaak is een tastbaar voorwerp dat niet onroerend is, zoals een woning of grond.

Wat wordt in het consumentenrecht geregeld?
In de wet worden voor de consumentenkoop voornamelijk de plichten van de verkoper en de rechten van de consument geregeld. Slechts enkele bepalingen zijn opgenomen om de winkelier in de detaillhandel te beschermen tot bescherming van de belangen van de detailhandel in het algemeen.
De belangrijkste bepalingen voor de consumentenkoop zijn

  • de omgekeerde bewijslast bij gebrekkig product
  • garantiebepalingen
  • omtrent prijsverhoging
  • schriftelijkheidsvereiste voor de koop op afstand
  • de regels omtrent Colportage en telefonische verkoop
  • regels over onredelijke algemene voorwaarden
  • informatie die de verkoper aan de consument moet verstrekke

Op deze pagina`s leest u meer over de consumentenkoop.

wanprestatie – niet-nakomen van een overeenkomst

Overeenkomsten sluiten we iedere dag. De boodschappen in de supermarkt, ophangen van een jas in een bewaakte garderobe of zelfs het gebruik maken van het openbaar vervoer. Maar wat als één van partijen zich niet aan zijn verplichtingen houdt

Een overeenkomst bevat doorgaans rechten en plichten voor beide partijen. Neem de koopovereenkomst m.b.t. een auto. De verkoper is verplicht om de auto te leveren en heeft recht op betaling van de koopsom. De koper heeft o.a. recht op de auto en mag verwachten dat die auto alle eigenschappen heeft, die nodig zijn voor een , van die auto als vervoersmiddel. De verkoper is verplicht om de koper te informeren over bekende gebreken in/aan de auto. Zo kan ik nog even doorgaan.

Stel, u koopt een goede laptop voor € 1.200,– van een goed merk. Deze wordt thuis bezorgd, de factuur moet binnen 21 dagen na de factuurdatum volledig betaald zijn. De laptop ziet er helemaal prima uit, maar bij gebruik blijkt het beeldscherm steeds uit te vallen, de helft van het toetsenbord niet te werken en de mousepad doet al helemaal niets. De laptop bezit duidelijk niet de juiste eigenschappen. U bent natuurlijk niet van plan om de factuur te betalen. U heeft de klantenservice al eens gebeld, maar daar was het zo druk dat u besloot om het later nog eens te proberen. Na 21 dagen ontvangt u een brief van de verkoper waarin staat dat u niet op tijd heeft betaald en dat u nu alsnog binnen zeven dagen moet betalen. Ook moet u rente betalen. Daar bent u het natuurlijk niet mee eens, de verkoper was verplicht om een goed product te leveren en dat heeft zij niet gedaan! Bent u verplicht om te betalen?

Het antwoord is in beginsel: ja. De koopovereenkomst bevat voor beide partijen rechten en plichten. Dat de andere partij zich niet aan zijn/haar verplichtingen houdt, geeft u nog niet het recht om ook zelf uw verplichtingen opzij te verschuiven. Althans, niet zonder meer. Als het product gebreken bevat, dan moet u deze gebreken zo spoedig mogelijk na ontdekking aan de verkoper melden. U heeft een klachtplicht. Verder is het mogelijk om een beroep op opschorting te doen. De verkoper is tekort geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen, zodat u uw betalingsverplichting jegens de verkoper kunt opschorten. In bovenstaand voorbeeld heeft u echter gewacht tot na de betalingstermijn. Dat is niet verstandig, want daardoor bent u zelf in verzuim geraakt met als gevolg dat u geen beroep meer kunt doen op opschorting (dit noemt men ‘schuldeisersverzuim’).

Bij de oplettende consument zal ondertussen wel een lampje zijn gaan branden, want bij een ‘koop op afstand’ (zoals de aankoop van een product via internet) heeft u als consument het recht om het product binnen 14 dagen kosteloos te retourneren. In bovenstaand voorbeeld zou dat veruit de meest eenvoudige oplossing geweest zijn.

Moraal van het verhaal: heeft u een overeenkomst gesloten en houdt de andere partij zich niet aan zijn/haar verplichtingen? Neemt u dan vooral tijdig actie. Hoe langer u daarmee wacht, hoe problematischer de situatie zou kunnen worden. Voorkomen is beter dan genezen.

Bron: Advocaten.nl                        

Werkgever zelf aansprakelijk voor gebreken aan gehuurd pand

Werkgever zelf aansprakelijk voor gebreken aan gehuurd pand

De kantonrechter heeft bepaald dat een werkgever niet heeft voldaan aan zijn zorgverplichting en daarmee aansprakelijk is voor de gevolgen van een ongeval. Een werkgever heeft namelijk de verplichting om een gehuurd gebouw te (laten) beoordelen door middel van een risico-inventarisatie.

Eind augustus 2011 brengt een werknemer, in verband met verhuizing van het bedrijf, met een vrachtwagen spullen van het oude naar het nieuwe pand. Als hij klaar is met uitladen bij de nieuwe vestiging en wil vertrekken voor een volgende rit, ziet hij dat de roldeur van de laaddock is blijven hangen op een aantal gestapelde plastic kratjes. Hij roept van buiten naar zijn leidinggevende dat de deur is blijven steken, loopt tegelijk naar de deur en duwt de kratjes met beide handen naar binnen. Op dat moment roept zijn leidinggevende ‘Niet doen!’ De roldeur komt op zijn achterhoofd terecht waardoor hij met zijn gezicht tegen het laaddock slaat. Later blijkt dat de kabelbeveiliging, die op de roldeur moet zitten om dit soort ongevallen te voorkomen, ontbreekt. Dat risico staat niet in de RI&E.

De arbeidsinspectie geeft een boete wegens overtreding van het Arbobesluit. De werknemer wil vergoeding van zijn schade, maar de verzekeraar van de werkgever wijst aansprakelijkheid af.    

. . . lees verder op Internet

gevaarzetting en ongelijk liggende trottoirtegels – wie is aansprakelijk?

Ongevallen gebeuren elke dag. En het kan iedereen, ook u, overkomen. De gevolgen vallen in de meeste gevallen mee. Maar u kunt pech hebben en verzwikte of gescheurde enkelbanden, gebroken tanden, pols-, heup- of kaakbreuken of zelfs hersenletsel of een dwarslaesie oplopen. Het kan zelfs leiden tot de dood.

Dit artikel gaat over scheefliggende of ongelijk liggende trottoirtegels en stenen in het wegdek waardoor de voetganger struikelt en valt. Bij een geringe verzwikking of een schaafwond op de knie en handen is de schade te gering om te verhalen. Maar andere voorbeelden liegen er niet om. Ze kunnen resulteren in tijdelijke of zelfs blijvende arbeidsongeschiktheid. Ofwel, het kan u immens in uw inkomen aantasten. Dan laten we de eventuele kosten van tijdelijke of zelfs blijvende hulp en verzorging maar terzijde. Ook de restpost, smartengeld, blijft onbesproken omdat die vaak in het niet valt bij de eerder genoemde schadeposten. Maar wanneer kan de schade nu eigenlijk verhaald worden en op wie?

Eerst moet bezien worden wie verantwoordelijk is voor de kwaliteit van het wegdek of het trottoir. Dat is de wegbeheerder en meestal is dat de gemeente waar de weg is gelegen. Vervolgens moet beoordeeld worden of het wegdek voldeed aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen. De eis wordt niet gesteld dat een trottoir altijd volledig egaal is. Maar dat wil nog niet zeggen dat de voetganger bedacht hoeft te zijn op grote hoogteverschillen. Maar waar ligt de grens tussen acceptabel en toerekenbaar fout?