De rechter oordeelde dat 3 centimeter of meer hoogteverschil “ernstig” is. De gemeente verweerde zich in zo’n kwestie (waar het hoogteverschil 4 a 5 centimeter was) bij de rechter met de stelling dat ze niet wist dat daar op die plek de boel scheef lag want dan had ze het meteen hersteld. Immers, na het ongeval heeft de gemeente het trottoir ook “meteen adequaat hersteld”. De rechter oordeelde dat dit verweer alleen maar de stelling van het slachtoffer ondersteunde dat er sprake was van een gebrek aan het trottoir. Onbekendheid bij de gemeente met het gebrek betekent niet dat de gemeente niet aansprakelijk is voor gebreken in het wegdek. Vervolgens probeerde de gemeente het grootste deel van de schade toch weer af te wentelen op het slachtoffer wegens eigen schuld. Het slachtoffer zou onvoldoende hebben opgelet, het was in de buurt van haar woning en dus wist ze of kon weten dat het daar scheef lag. Tevergeefs.
Omdat de rest van het trottoir in de nabije omgeving goed was, hoefde het slachtoffer juist niet bedacht te zijn op een plotseling hoogteverschil. Het slachtoffer woonde er nog maar kort en ze liep een andere dan de gebruikelijke route. De gemeente (lees: haar verzekeringsmaatschappij) suggereerde nog dat het slachtoffer al wandelende in gesprek was en daardoor “niet de waakzaamheid had betracht die van haar verlangd kon worden”. Ook tevergeefs want het bleek een niet onderbouwde suggestie.
Tot slot nog dit. Kijk veiligheidshalve waar u loopt, want voorkomen is beter dan genezen. Mocht het toch mis lopen, maak onmiddellijk meerdere foto’s van het wegdek, liefst met een duimstok erbij om zodoende naderhand te kunnen bewijzen dat het gebrek 3 centimeter of meer en dus “ernstig” was. Te meer nu gemeenten vaak razendsnel het gebrek herstellen waarna u niet meer kunt bewijzen dat het hoogteverschil “ernstig” was.
augustus 2012