burenrecht

Rechten en plichten van eigenaren van naburige erven

 

Burenrecht is een onderdeel van het civiel recht dat het geheel van bevoegdheden en verplichtingen van eigenaren van naburige erven regelt. Een deel van het Burgerlijk Wetboek (titel 5.4 BW), is ook speciaal gewijd aan het burenrecht.

De regels van het burenrecht gelden niet alleen voor grondeigenaren (bij koopwoningen), maar ook voor huurders (dus tuinen bij huurwoningen) en pachters.Overtredingen en geschillen van en over uitleg van deze regels valt niet onder het strafrecht, maar moet gewoon via het burgerlijk procesrecht worden uitgevochten.

De wettelijke regels die in het Burgerlijk Wetboek staan, gelden alleen als er geen afspraken tussen de eigenaren zijn gemaakt over de erven. Huurders kunnen ook nog bij hun verhuurder of woningstichting terecht bij civielrechtelijke burenproblemen.

Enkele belangrijke regels uit de wet zijn de volgende:

Hinder

Hinder veroorzaken aan het naburige erf, zoals geluidsoverlast (dit valt wel onder het strafrecht), trillingen, stank, rook, het onthouden van licht of lucht, of het ontnemen van steun levert een onrechtmatige daad op.

Beplanting: takken en vruchten

Als een eigenaar van een erf na hiertoe verzocht te zijn, weigert de overhangende beplanting of doorschietende wortels te verwijderen, mag men dit zelf weghalen en het zich toe-eigenen.

Bomen moeten minstens 2 meter vanaf de grenslijn tussen beide erven worden geplant en voor heesters en heggen geldt een afstand van 50 centimeter (halve meter). Bomen, heesters en heggen die niet hoger zijn dan de scheidsmuur (bijvoorbeeld een schutting) tussen beide erven mogen blijven staan, ook al staan ze te dicht bij de erfgrens.
Van deze regels kan worden afgeweken door een plaatselijke gemeentelijke verordening of een plaatselijke gewoonte. Vruchten van bomen die op het erf van de buren vallen, mogen deze buren zich toeeigenen.

Reparatie en andere werkzaamheden

Als er noodzakelijke werkzaamheden aan je huis moeten worden verricht, mag je hiervoor het erf van de buren betreden als dat hiervoor noodzakelijk is. De buren kunnen wel om een schadeloosstelling vragen als ze schade hebben geleden van deze werkzaamheden. (het ladderrecht)

Uitzicht

Vensters, balkons en dergelijke mogen niet dichter dan 2 meter bij de grenslijn staan om te voorkomen dat men onbeperkt over het erf van de buren kan kijken.

Aflopend water

Lagere erven moeten het water dat van nature van hoger gelegen erven stroomt, opvangen.
Als een eigenaar de waterloop verandert, of de hoeveelheid of hoedanigheid van het water dat over zijn erf stroomt, of van het grondwater en daarmee hinder veroorzaakt, pleegt hij een onrechtmatige daad.

Erfdienstbaarheid

Erfdienstbaarheid is een last, waarmee een erf is bezwaard (het dienende erf), ten behoeve van een ander erf (het heersende erf). Het wordt ook wel het recht van overpad of servituut genoemd.