Kinderalimentatie en einde kinderalimentatie

kinderalimentatie en beëindiging alimentatie

  

De kinderalimentatie

Ouders zijn volgens de wet verplicht om hun kinderen te verzorgen en op te voeden. Dit wordt ook wel een onderhoudsplicht genoemd. Deze onderhoudsplicht blijft ook na een echtscheiding bestaan. Beide ouders zijn ook dan nog verplicht om bij te dragen in de kosten die worden gemaakt om de kinderen te kunnen verzorgen en op te voeden. Ook de kosten voor bijvoorbeeld school/studie vallen hieronder. De kosten die binnen het huwelijk zijn gemaakt voor de kinderen, zullen na een scheiding nog steeds hetzelfde zijn of zelfs hoger worden. Het is dan ook van belang dat de ex-partners gaan bekijken hoeveel kosten zij per maand maakten aan de kinderen en hoeveel zij denken te gaan maken in de toekomst. De afspraken die de ouders maken zijn afspraken over de betaling van kinderalimentatie. Niet alle ouders komen hier samen uit en het is dan ook niet onverstandig om in zulke gevallen een juridisch adviseur te raadplegen.    

Ouderschapsplan

De afspraken over de betaling van de kinderalimentatie worden opgenomen in het ouderschapsplan, dat vervolgens vaak wordt opgenomen in het echtscheidingconvenant. Lees hier meer over het echtscheidingsconvenant.

In het ouderschapsplan worden allerlei regels opgenomen over de verblijfplaats van de kinderen en de omgang met de kinderen na de scheiding. De ouders kunnen nu de hoogte van de alimentatie bepalen, zo nodig met hulp van buitenaf. Het is echter de rechter die bepaalt wat uiteindelijk de hoogte van de kinderalimentatie zal worden. De rechter is namelijk niet gebonden aan de afspraken uit het ouderschapsplan en zal zich voornamelijk baseren op het rapport Alimentatienormen van de Nederlandse Vereniging van Rechtspraak. De normen uit dit rapport worden de Tremanormen genoemd. De uitgangspunten van deze normen zijn het aantal kinderen, de leeftijd van de kinderen en het inkomen van het gehele gezin voor de scheiding.    

Er moet voor de berekening van de hoogte van de kinderalimentatie allereerst gekeken worden naar de hoogte van het inkomen van het gezin. Dit bestaat uit de netto maandsalarissen van beide ouders. Hierna moeten de kosten per kind worden uitgerekend. Deze kosten hangen logischerwijs af van de leeftijd van het kind. Een eenjarig kind heeft hele andere ‘behoeften’ dan een veertienjarig kind. Voor de veertienjarige zullen geen luiers meer hoeven te worden gekocht, maar de kosten voor eten, school en kleding zullen hoger zijn dan bij een eenjarige. De behoeften van het kind worden niet meegenomen in de berekening van de kinderalimentatie. Dit gebeurt alleen wanneer er sprake is van partneralimentatie. Als laatste moet de draagkracht van de alimentatieplichtige worden bekeken. De alimentatieplichtige is de ouder die een bepaald bedrag per maand moet betalen aan de andere ouder zodat deze persoon de kosten en opvoeding van de kinderen kan betalen. Dit is vaak het geval wanneer de hoofdverblijfplaats van het kind bij één van de ouders is. De andere ouder ziet de kinderen dan bijvoorbeeld één keer in de twee weken. Bij de berekening van de alimentatieplicht wordt dus gekeken naar de draagkracht van degene die alimentatie moet betalen. Gekeken wordt naar zijn inkomen, de maandelijkse woonlasten en eventuele belastingvoordelen. Dit inkomen moet toereikend genoeg zijn om bij te dragen in de kosten die gemaakt worden voor de kinderen. Het berekenen van de draagkracht is lastig en kan daarom beter worden toevertrouwd aan een deskundige. Let wel op: het is vaak de rechter die uiteindelijk bepaalt wat er aan kinderalimentatie moet worden betaald.    

Beëindiging van de kinderalimentatie

Als eenmaal is vastgelegd wie wat aan kinderalimentatie moet gaan betalen, kan de regeling ingaan. Nu is natuurlijk vaak de vraag wanneer de verplichting tot het betalen van kinderalimentatie eigenlijk stopt. Allereerst kan gezegd worden dat er recht is op kinderalimentatie tot dat de kinderen meerderjarig zijn geworden. Dit is dus wanneer de kinderen de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt. Echter, nadat de kinderen de leeftijd van achttien jaar bereikt hebben, bestaat er vaak voor beide ouders nog steeds een onderhoudsplicht. Totdat deze personen de leeftijd van eenentwintig jaar hebben bereikt worden zij jongmeerderjarigen genoemd. De ouders hoeven in dit geval alleen nog te voorzien in de kosten van het levensonderhoud en de studie. Deze kosten verschillen in de praktijk niet veel van de kosten die gemaakt worden voor opvoeding en verzorging bij minderjarige kinderen. Het recht op kinderalimentatie blijft dus na het achttiende levensjaar bestaan. Wat wel verandert, is dat de jongmeerderjarige nu zelf het bedrag aan kinderalimentatie mag gaan ontvangen, in plaats van de andere ouder. In de meeste gevallen zal het bedrag dat aan kinderalimentatie moet worden uitbetaald na het meerderjarig worden niet veranderen. Zijn de omstandigheden echter gewijzigd, dan kan de rechter het te betalen bedrag opnieuw vaststellen. Er wordt nu weer gekeken naar de draagkracht van de ouders, maar nu ook naar de behoefte van de meerderjarige.    

Verschillende situaties

In sommige situatie mag de rechter het recht op uitbetaling van kinderalimentatie matigen. Dit betekent dat de jongmeerderjarige minder of zelfs geen kinderalimentatie meer krijgt. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn wanneer aan het licht komt dat de meerderjarige zijn studie niet serieus neemt en er met de pet naar zwaait. Ook is het mogelijk dat de meerderjarige een studiekeuze maakt die niet reëel is. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een persoon die er voor kiest om geneeskunde te gaan studeren, terwijl hij of zij laaggeschoold is. Als laatste een vrij logische reden. Wanneer het kind zich misdraagt jegens bijvoorbeeld de ouders, kan het doorblijven betalen van de kinderalimentatie in veel gevallen niet van de ouders worden gevergd. De alimentatie zal echter niet zomaar gestopt kunnen worden, na één akkefietje is er nog geen recht om geen kinderalimentatie meer te betalen.

De kinderalimentatie kan worden verminderd of gestopt wanneer het kind zelf in zijn of haar levensonderhoud kan voorzien. Dit kan ook wanneer het kind nog geen achttien jaar of ouder is. De wijziging in de betaling van de alimentatie moet worden overlegd met het kind als hij of zij meerderjarig is. Overleg met de ouder die minderjarige kinderen verzorgt is geboden in andere gevallen. Ook dit kan weer voor een rechter worden beslist.

De onderhoudsplicht van de ouders geldt ook wanneer het kind getrouwd is of een geregistreerd partnerschap is aangegaan. Hetzelfde geldt wanneer u een stiefouder van het kind bent. Bent u getrouwd met de vader of moeder van het kind, dan heeft u ook een onderhoudsplicht jegens het kind. Dit is ook het geval wanneer u niet het gezag hebt over dit kind of de kinderen. De onderhoudsplicht stopt weer wanneer u gaat scheiden.