Loonsanctie voor werkgever na twee jaar ziekte werknemer

Onder de huidige wetgeving is de werkgever verplicht om bij arbeidsongeschiktheid van een werknemer gedurende twee jaar (104 weken) het loon door te betalen. In deze periode zal de werkgever zich actief moeten inzetten voor de reïntegratie van zijn arbeidsongeschikte werknemer. Indien na 104 weken blijkt dat de werkgever niet aan zijn reïntegratie-verplichtingen heeft voldaan, kan het UWV aan de werkgever een loonsanctie opleggen voor maximaal twaalf maanden.

Indien deze sanctie aan de werkgever wordt opgelegd, zal de werkgever gedurende deze periode 70% van het loon van de werknemer moeten doorbetalen, maar dit kan ook anders geregeld zijn bij CAO. Daarnaast zal de aanvraag om een WIA-uitkering van de werknemer worden afgewezen.

Tegen het opleggen van een loonsanctie door het UWV kan de werkgever een bezwaar- en beroepsprocedure starten. Ook kan de werkgever ervoor kiezen om alsnog zo spoedig mogelijk te voldoen aan de opgelegde reïntegratie-verplichtingen. Vervolgens kan dan aan het UWV worden verzocht om bekorting van de opgelegde loonsanctie. Deze bekorting heeft echter geen terugwerkende kracht.

Veelal wordt het reïntegratietraject volledig begeleid door de Arbo-dienst van de werkgever. Desalniettemin komt het regelmatig voor dat het UWV van mening is dat er onvoldoende reïntegratie-inspanningen zijn verricht door de werkgever. De Centrale Raad van Beroep heeft reeds eerder bepaald dat de werkgever verantwoordelijk is voor zijn Arbo-dienst. Dit neemt echter niet weg dat de werkgever, voor zover het om medische aangelegenheden gaat, op het oordeel van zijn Arbo-dienst mag vertrouwen. Dit is inmiddels bepaald door de rechtbank Haarlem. Dit is echter weer anders, indien de werkgever op grond van concrete aanwijzingen redenen heeft om te twijfelen aan het oordeel van zijn Arbo-dienst. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn, indien de werknemer zelf aangeeft wel reïntegratiemogelijkheden te zien. Om die reden is het verstandig om als werkgever eveneens contact te houden met de werknemer en zonodig kritisch te kijken naar de visie van de Arbo-dienst. Mocht desondanks toch een loonsanctie worden opgelegd door het UWV, dan is niet uitgesloten dat een werkgever in een voorkomend geval zijn Arbo-dienst hiervoor aansprakelijk kan houden. De loonsanctie moet dan wel volledig zijn te wijten aan verkeerde adviezen c.q. begeleiding van de Arbo-dienst.

Augustus 2008