ad info

De consequenties van kopiëren. Wie een ander informatie geeft, doet dat vaak door bestaande informatie ter beschikking te stellen; een copietje is zo gemaakt. Dit mag, zolang het op kleine (niet commerciële) schaal geschiedt. Maar het is moeilijk te bepalen, wanneer ‘even copieren’ wijl met commercieel oogmerk gebeurt en niet meer mag. Dit kan vervelende gevolgen hebben. Onlangs wees de President van de Arrondissementsrechtbank in Amsterdam een vonnis, waarbij een en ander nadere invulling kreeg. Wat was er aan de hand? Een multinational verzond, op verzoek van geïnteresseerden, informatie over bepaalde apparatuur, die men verhandelde. Bij het informatiepakket was in kopie een gedeelte van een bestaand wetenschappelijk werk meegezonden. Dit wetenschappelijk werk bevatte een inventarisatie van soortgelijke apparatuur en verder werd omschreven wat er met deze apparatuur gedaan kon worden. Het ondersteunde dan ook niet zozeer het commercieel te verhandelen specifieke product, maar liet zien welke mogelijkheden er nog meer bestonden. Het wetenschappelijk werk, waaruit gekopieerd was, is niet in de winkel te koop maar wel bij diverse bibliotheken – eveneens in kopie – te verkrijgen of in te zien. De auteur van het wetenschappelijk werk vond, dat de multinational door deze handelwijze inbreuk maakte op haar auteursrecht.

Er was namelijk niet om toestemming verzocht, haar naam was niet vermeld en – zo betoogde de auteur – haar werk werd ter ondersteuning van de verkoop gebruikt. Onze multinational beriep zich echter eveneens op de Auteurswet; volgens haar ging het hier om ‘eigen gebruik’. Van ‘eigen gebruik’ kan namelijk sprake zijn, indien in beperkte mate en op verzoek van een ander auteursrechtelijk beschermde werken gekopieerd worden. Dit ‘eigen gebruik’ kan een auteursrechthebbende niet verbieden. De President vond dat het zenden van copietjes aan anderen niet onder het begrip ‘eigen gebruik’ viel en dus was er naar zijn mening sprake van een inbreuk op het auteursrecht. Deze opvatting van de President is waarschijnlijk niet correct, want in de wetenschap en in andere rechterlijke uitspraken wordt daar anders over gedacht. Bedrijven doen er verstandig aan om bij verzending van informatie en van kopieën van werken van anderen op verzoek van mensen buiten het bedrijf uitdrukkelijk te vermelden dat de gevraagde informatie op verzoek, initiatief en ten behoeve van de aanvrager is verzonden. Deze handelwijze dekt misschien niet alles af, maar legt het vermoeden van correct handelen in ieder geval bij de afzender. Tot slot: wie inbreuk maakt op andermans auteursrecht, kan veroordeeld worden tot het afdragen van (mede) door of met deze inbreuk behaalde winst.

november 1996