Minister in gesprek over ontslagvergoeding

Ontslagvergoeding te laag?  Dan geen ontslag

Rechters lijken soms een ontslagaanvraag van een werkgever af te wijzen omdat ze de ontslagvergoeding (transitievergoeding) vinden. Dat is niet de bedoeling, aldus minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken). Hij gaat hierover in gesprek met de rechters.

Asscher kondigde donderdag overleg aan met de Raad voor de Rechtspraak. Dat is het bestuur van de meeste rechtsprekende organisaties.

Volgens Asscher kunnen rechters over het algemeen goed uit de voeten met het versoepelde ontslagrecht in de Wet Werk en Zekerheid (WWZ), die vrijdag één jaar van kracht is. De wijziging van het ontslagrecht lijkt te doen wat is beoogd, vindt de minister. Namelijk dat een ontslag zorgvuldiger, eerlijker en sneller verloopt. Ook wordt een contract vaker met wederzijds goedvinden beëindigd. “Ook dat was beoogd, minder naar de rechter”, aldus Asscher.

Hij benadrukt dat werkgevers die fatsoenlijk met hun mensen omgaan en de reden voor ontslag goed kunnen onderbouwen, goedkoper uit zijn dan in het oude stelsel.

Het is nog te vroeg om veel te kunnen zeggen over de algemene doelen van de WWZ, aldus de minister. Deze nieuwe zogenoemde flexwet moet ontslag vereenvoudigen maar ook tot meer vaste banen leiden voor flexwerkers. Critici menen dat die opzet niet uit de verf komt.

Asscher wijst erop dat nieuwe cao-afspraken deels nog in de maak zijn. Daarnaast moeten werkgevers nog wennen en inspelen op wat nieuw is. Verder zijn er volgens Asscher steeds meer cao-afspraken waarin tijdelijke contracten worden beperkt tot echt tijdelijk werk.

Onder meer de oppositiepartijen D66 en CDA blijven kritisch en willen de minister aan de tand voelen. “De flexwet van Asscher heeft in de praktijk precies het tegenovergestelde effect van wat werd beoogd. De draaideur van de arbeidsmarkt is juist sneller gaan draaien en flexwerkers krijgen nog minder snel een vaste baan. Om verdere tweedeling op de arbeidsmarkt te voorkomen moet er snel worden ingegrepen”, aldus CDA-Kamerlid Pieter Heerma.

Bron: De Telegraaf