is een ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst toegestaan?

Door ons zogenaamd gesloten systeem van ontslagrecht is het opnemen van een ontbindende voorwaarde, waardoor dit systeem ondergraven zou worden, niet zonder meer toegestaan. Het is voor een werkgever aantrekkelijk om in de arbeidsovereenkomst een ontbindende voorwaarde op te nemen, want wanneer de voorwaarde in vervulling gaat, eindigt de arbeidsovereenkomst van rechtswege (automatisch). Voorafgaande toestemming van de Regionaal Directeur voor de Arbeidsvoorziening (RDA) zou dan niet nodig zijn. De meningen omtrent de toelaatbaarheid van een ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst zijn verdeeld. In 1992 besliste de Hoge Raad dat een ontbindende voorwaarde niet in alle gevallen ontoelaatbaar is. In dat geval was in de arbeidsovereenkomst tussen de maatschap van een ziekenhuis en een gynaecoloog een ontbindende voorwaarde opgenomen. Deze hield in, dat de overeenkomst zou zijn ontbonden indien het bestuur van het ziekenhuis de gynaecoloog geen toestemming zou verlenen om zijn werkzaamheden daadwerkelijk uit te oefenen, danwel indien het bestuur die toestemming zou intrekken. De toestemming werd op een gegeven moment ingetrokken.

De Hoge Raad achtte de ontbindende voorwaarde in dit geval toelaatbaar aangezien bij vervulling van de voorwaarde de arbeidsovereenkomst niet zou kunnen uitgevoerd, nu de werknemer/gynaecoloog zonder toestemming van het bestuur geen werkzaamheden in het ziekenhuis kon verrichten. Daarbij was ook van belang dat de vervulling van de ontbindende voorwaarde niet door de werkgever tot stand werd gebracht, maar dooreen derde: het bestuur van het ziekenhuis. De Hoge Raad geeft in deze uitspraak aan dat het van de omstandigheden van het geval afhangt of een ontbindende voorwaarde rechtskracht heeft. In mei van dit jaar heeft de Hoge Raad zich wederom uitgesproken over de geldigheid van de ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst. In dit geval waren werknemer en werkgever overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst zou eindigen wanneer de werkgever zijn bedrijf zou verkopen. Die voorwaarde was volgens de Hoge Raad niet te verenigen met het gesloten stelsel van ons ontslagrecht. In ons systeem is de werkgever namelijk verplicht om een ontslagvergunning te vragen, ook wanneer hij zijn bedrijf wil beëindigen. Bovendien is de ontbindende voorwaarde niet te rijmen met de speciale wetsartikelen die juist de werknemers beschermen wanneer hun onderneming in andere handen overgaat. De ontbindende voorwaarde als zodanig is dus wel toegestaan, maar uit het voorgaande blijkt, dat de mogelijkheden zeer beperkt zijn. De werkgever doet er goed aan daarover eerst advies te vragen.

november 1996