Einde partneralimentatie indien ex gaat samenwonen

Welke bewijs is nodig voor samenwoning?

Indien bij de echtscheiding een bedrag aan partneralimentatie is vastgesteld, dient dit bedrag (uitzonderingen daargelaten) gedurende een termijn van 12 jaar te worden betaald. In die tijd kan er uiteraard veel veranderen in de situatie van zowel de betalende als de ontvangende partij. Om die reden is het mogelijk, indien de omstandigheden zijn gewijzigd ten opzichte van de situatie op het moment van vaststellen van de alimentatie, een wijzigingsverzoek bij de rechtbank in te dienen.

Een ingrijpende wijziging van omstandigheden is de situatie waarin de ontvangende partij gaat samenwonen met een nieuwe partner. De wet schrijft namelijk voor dat indien de alimentatiegerechtigde met een nieuwe partner gaat samenwonen als waren zij gehuwd, het recht op partneralimentatie definitief komt te vervallen. Dit houdt in dat indien de nieuwe relatie verbroken wordt, het recht op partneralimentatie van de eerste partner niet herleeft.

Kortom het is een rigoureuze wijziging. Er worden dan ook hoge eisen gesteld aan de motivering van de partij die stelt dat sprake is van een dergelijke samenleving. Aangetoond zal moeten worden dat er sprake is van een affectieve relatie van duurzame aard, die meebrengt dat de gescheiden echtgenoot en die ander elkaar wederzijds verzorgen, met elkaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. Aan al die eisen zal moeten worden voldaan voordat een rechter aan zal nemen dat sprake is van een samenleving als bedoeld in de wet.

Veelal zal niet worden ontkend dat er sprake is van een nieuwe relatie, doch de andere punten zijn vaak erg moeilijk aan te tonen, vooral omdat de rechter erg hoge eisen stelt aan de bewijslast. Zo zullen de alimentatiegerechtigde en diens nieuwe partner vaak nog ieder een eigen woning aanhouden of een van hen staat bijvoorbeeld bij diens moeder ingeschreven. Ook als deze hobbel genomen is, zal nog moeten worden aangetoond dat er sprake is van een wederzijdse verzorging en het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Uiteraard is het mogelijk een detectivebureau in te schakelen die een langere periode de alimentatiegerechtigde en diens nieuwe partner volgt. De rechter zal niet zozeer belang hechten aan de conclusie van het detectivebureau, doch zullen de in het rapport genoemde feiten wel degelijk tot bewijs kunnen dienen.

Hoe gedetailleerder de alimentatieplichtige zijn stellingen onderbouwt, hoe meer van de alimentatiegerechtigde verwacht zal worden dat het gemotiveerd betwist wordt. De kosten van een dergelijk onderzoek zijn uiteraard erg hoog, doch indien de alimentatieplichtige in het gelijk wordt gesteld, veroordeelt de rechter in veel gevallen de alimentatiegerechtigde in de kosten van dat onderzoek. Uiteraard is het ook mogelijk zelfstandig onderzoek te doen en bewijzen te overleggen waarbij de kracht van social media niet onderschat moet worden. Uit bijvoorbeeld een Facebookaccount van de alimentatiegerechtigde kan immers veel informatie gebruikt worden om aan te tonen dat er sprake is van het elkaar wederzijds verzorgen en het voeren van een gemeenschappelijke huishouding.

Bron: Actuele artikelen